Durven samen bij de pakken neer te gaan zitten

Ik zit in Parijs met mijn partner en mijn zoon. Ik vond het leuk om hen Parijs te laten zien, waar ik een tijd gewoond heb. Het is alleen niet echt een feestje tot nu toe. We zijn elkaar regelmatig kwijt. Ik weet even niet hoe dit moet.
Mauk: Jij en je partner zijn elkaar kwijt en dat heeft ook effect op jullie zoon.

Ja die zie ik zo nu en dan met zijn ogen rollen. En we zijn ook nog allemaal een beetje ziek geworden.
Mauk: Kortom een hele bende materiaal dat in jullie gezinssysteempje omhoogkomt.

Ja. Maar hoe nu verder?
Mauk: Zijn jullie in staat om bij de pakken neer te gaan zitten en te onderkennen dat dit het gewoon niet is?

Ik ben de hele tijd met mijzelf in gesprek.
Mauk: Is dat niet onderdeel van het probleem?  

Ik probeer het te blijven managen.
Mauk: Dat klinkt als oplossingen blijven zoeken zonder bij elkaar te komen.

We hebben ook weinig tijd met zijn tweeën.
Mauk: Je bent op vakantie om met elkaar te genieten en het loopt niet. En dan heb je geen tijd om daar aandacht aan te besteden?

Maar ja, hoe doe ik dat dan?
Mauk: Op dit punt de ‘hoe-vraag’ stellen is eigenlijk ook een afweer, toch?

Ik voel nu ook dat dit afweer is, ja.    
Mauk: Met een open hart en twee linkerhanden bij elkaar gaan zitten. Hoe lijkt je dat?

Lastig en pijnlijk. Ik ben bang om afgestraft te worden dat ik het allemaal niet goed heb gedaan.
Mauk: Je hebt natuurlijk ook een aandeel. Het lijkt erop dat jij ze ook een beetje hebt meegesleept naar Parijs.

Dat is helemaal waar.
Mauk: Als je dit allemaal eerlijk kunt toelaten, dan wordt het al makkelijker om samen te komen.

Ja nu wordt het zachter en kan ik mijn harnas laten vallen.
Mauk: Wow.

Dank je wel.


Mauk Pieper