Na het overlijden van mijn moeder kreeg ik onenigheid met mijn broers en zussen over de rouwkaart. Ik wilde dat de naam van mijn overleden zusje daar ook op kwam te staan, en zij niet. Er wordt nooit over haar gesproken door hen. Ik heb het gevoel dat ik uit de school klap nu.
Pauline: Ben je zover, dat jij, ten aanzien van bewuste ontwikkeling, op een plek kunt zitten die anders is dan die van je familieleden? Dat is niets ten nadele van hen.
Wat bedoel je precies?
Pauline: Besef je dat jij verder bent gegaan met een bewust bevrijdingsproces, juist door je familiegeschiedenis te omarmen. Daarmee bezie jij alle situaties anders dan je familieleden die dit pad niet lopen.
Dat vind ik niet gemakkelijk om te zeggen, alsof ik beter ben.
Pauline: Je bent niet beter in absolute zin, wel anders. Jouw bewustzijn is in dit proces verder ontwikkeld. Jij hebt je hierin niet, zoals de anderen van je familie, afgesloten van de pijn en de ingewikkeldheid van de situatie. Dat is niet een veroordeling van hen, dit is een erkenning van je bewuste ontwikkeling.
Ik heb het gedaan vanuit een gevoel dat, als mijn zusje er niet mag zijn ik er ook niet mag zijn.
Pauline: Ik vermoed dat dat een ‘oude’ zienswijze van je is.
Dat is waar, ja.
Pauline: Oké. Voel even wat er gebeurt nu je deze positie erkent.
Onwennig, en ik word ook verdrietig. Ik kom toch weer losser van de rest.
Pauline: Nu mag je je verlangen hebben over de rouwkaart, maar je hoeft niet per se gelijk te krijgen. Zij hoeven niet zo te zijn zoals jij en jij hoeft niet zo te zijn als zij.
Ja, dat is mooi.
Pauline: Dit bedoelen we met het bevrijdingsproces.
Dat doet me goed, geeft me steun. Het is ook zo fijn om er hier over te kunnen praten.
Dank je wel.
Pauline Botden